Jupiter en Venus
3 maart 2023Je schoenen uit of bramen plukken
17 maart 2023Sprekende stenen
Gedachten bij de week door ds. Wim Vermeulen
Over de toekomst van kerkgebouwen is de laatste tijd veel te doen. Als ik berichten in kranten, bladen en op sociale media volg, is er een echte omslag in denken gaande. Waar kerkgebouwen eerder als een last werden gezien, staat steeds meer het denken in kansen en mogelijkheden centraal. De Protestantse Kerk Amsterdam haalde het nieuws met het beleidsvoornemen geen kerken meer te verkopen. De Protestantse Gemeente Utrecht formuleert het in haar nieuwe beleidskader iets voorzichtiger, maar een kerk verkopen en/of sluiten is ook in 030 niet meer het standaardantwoord op krimp. Er beginnen ook overal kleine bloemetjes te bloeien van mensen en organisaties, die openlijk uitspreken dat een (historisch) kerkgebouw hen aan het hart gaat, en daar hun creativiteit en energie aan willen teven. VKB, de vereniging van Kerkrentmeesters in de PKN, heeft er en podcastserie over, de EO organiseert rondetafelgesprekken en er ontstaan rondom kerkgebouwen allerlei particuliere initiatieven. Zo las ik over een goed bemiddelde man uit Drenthe die kerkgebouwen waarvoor sluiting dreigt opkoopt, om te voorkomen dat het meteen appartementencomplexen worden.
Wat vertellen al dit soort ontwikkelingen ons? In de eerste plaats dat het op heel veel plekken in Nederland met de kerk niet goed gaat. Hoe interessant ook, alle bovengenoemde ontwikkelingen zijn toch in de meeste gevallen reacties op krimp en neergang. Dat is nog altijd het eerlijke en slechte nieuws. In de tweede plaats vertellen dit soort ontwikkelingen dat er steeds meer mensen komen die dit niet alleen maar schouderophalend kunnen aanzien. Dat is het goede nieuws. In de derde plaats denk ik dat de secularisatie een rol speelt. Het proces van ontheiliging en ontwijding van onze leefomgeving is inmiddels zo ver doorgedrongen dat het niet leuk meer is en mensen opnieuw gaan verlangen naar heilige plekken. Dat hoeven in een post-christelijk klimaat natuurlijk niet altijd kerkgebouwen te zijn, maar die vaak oude en tot de verbeelding sprekende plekken liften er wel op mee (ds. Willem Jan kan je hier trouwens na zijn studieverlof nog veel meer over vertellen, hij is erg geïnteresseerd in het fenomeen ‘heilige plaats’ en hoopt daar ooit nog een keer op te promoveren!). In de vierde plaats denk ik aan het woord van Jezus uit Lukas 19. Als de Farizeeën op hoge toon eisen dat Jezus’ leerlingen niet mogen zeggen ‘Gezegend is de Koning die komt in de Naam van de HEER’, zegt Jezus: ‘De stenen zouden roepen, als zij zouden zwijgen’. Dat woord krijgt in deze tijd misschien wel weer een nieuwe betekenis. Als steeds meer christenen zwijgen, gaan de stenen harder roepen.
Wat betekent dit allemaal voor de Jacobi? Ik denk dat ook in de Jacobi het belang van de stenen meer en anders onderkend wordt dan pak ‘em beet tien jaar geleden. Natuurlijk, ook toen vonden we ‘onze’ kerk al prachtig en zetten we graag de deuren open voor ‘kerken kijken’. Maar dat het gebouw ook nog op andere manieren een geschenk zou kunnen zijn dat we zouden kunnen inzetten voor het delen van het Evangelie, en waarmee we nieuwe missionaire contacten zouden kunnen leggen, is een besef dat de laatste paar jaar sterker aan het worden is. Hoe je dat vervolgens praktisch uitwerkt is overigens vraag twee. In de kerkenraad is vorige maand een aanzet gepresenteerd, voorbereid door een groepje deskundige gemeenteleden. Op basis van een aantal geschetste scenario’s willen de komende tijd een richting bepalen die we willen ingaan met ‘ons’ gebouw als huis van God, huis voor de gemeente en huis voor de stad.