Gedachten bij deze week (30-01)
28 januari 2021Gedachten bij deze week (13-02)
12 februari 2021Gedachten bij deze week (06-02)
Het laatste nummer van het blad Kontekstueel (www.kontekstueel.nl) heeft als thema ‘Strenger dan God?’ Een uitdagende vraag. Aanleiding voor het thema was een waarneming binnen de redactie, die jij misschien ook wel herkent: we leven steeds meer in een afrekencultuur. Een kop rolt snel en Barbertje moet hangen, om het met Multatuli te zeggen. Tegelijk is het geloof in een oordelende God (ook onder orthodoxe christenen!) sterk afgenomen. Het brengt dr. Willem Maarten Dekker tot de verzuchting: ‘Nu zitten we dus met de vreemde situatie, dat wij geloven in een lieve, niet oordelende God, maar zelf voortdurend oordelen en veroordelen. In het Nieuwe Testament is het precies omgekeerd: Oordeel niet, opdat u niet geoordeeld wordt.’ Dit is natuurlijk al langere tijd gaande, maar het coronachagrijn doet er geen goed aan. Met het voortduren van de strenge maatregelen neemt dat chagrijn hand over hand toe en het verlangen naar normaal leven eveneens. De afgelopen maanden is er ook door onze regering nogal gehamerd op onze eigen verantwoordelijkheid. Waar de maatregelen niet de verwachte mate van effect hebben, hoor je al snel: ‘Dat zou anders geweest zijn als men zich beter aan de regels had gehouden’. Dat kan best zijn, maar het bewijs daarvoor lijkt me nog niet zo gemakkelijk te leveren. De stelling op zichzelf lijkt overigens geen voorwerp van grote discussie. En ondertussen wordt er lustig op los geoordeeld. De rekkelijken staan tegenover de preciezen, de deugers tegenover de wappies en beiden zijn strenger dan God. Dekker vindt dat de kerk opnieuw over het bevrijdende oordeel van God moet leren spreken. Want dat ís Gods oordeel in de eerste plaats: een bevrijding. ‘In de eerste plaats betekent het geloof in het laatste oordeel het loslaten van de plicht om over anderen te oordelen. We mogen streven naar aardse gerechtigheid, maar we beseffen dat die gerechtigheid altijd beperkt zal zijn. (…) In de tweede plaats maakt het laatste oordeel ons bescheiden in de voor-laatste oordelen die wij, soms, toch moeten vellen, omdat wij beseffen dat wijzelf allemaal persoonlijk voor de Rechterstoel van Christus moeten verschijnen en dat wij ons dan (behalve achter Christus zelf, wpv) nergens achter kunnen verschuilen. (…) In de derde plaats maakt het geloof in het laatste oordeel vrij van de oordelen die anderen over je vellen. (…) Op een gegeven moment mag je zeggen: ‘Wie mij oordeelt, is de Heere’ – en jij bent dat niet. En in de vierde plaats maakt het geloof in het laatste oordeel ook vrij van het oordeel dat je over jezelf velt.’ Me dunkt: onze coronagestresste samenleving zou van een terugkeer naar het geloof in een laatste oordeel best opknappen.
ds. Wim Vermeulen